Wegwijzer herstel en re-integratie bij een burn-out

Het kan gebeuren: je werknemer meldt zich ziek vanwege een burn-out. Als werkgever heb je dan een dubbelrol: aan de ene kant wil je een zieke werknemer zo goed mogelijk steunen, aan de andere kant wil je dat die zo snel mogelijk weer aan het werk gaat, zodat je bedrijf niet in de problemen komt. Lees in deze wegwijzer welke stappen je kúnt en móet zetten om het herstel van je werknemer te bevorderen.

Jaarlijks kampt 1 op de 6 werknemers met burn-out klachten. Het gemiddelde ziekteverzuim bij een burn-out duurt 30 dagen en kost de werkgever zo'n €11.000. Een burn-out kan ook jaren duren. Met gemiddelde kosten van €300 per dag loopt de rekening dan veel hoger op. Bevorder het herstel als werkgever door niet alleen de wettelijke stappen te zetten, maar ook de warme hand te bieden die de werknemer op dat moment nodig heeft.

Wegwijzer herstel en re-integratie

Wanneer een werknemer zich ziekmeldt, volg je als werkgever een vastgestelde procedure. De volgende stappen kunnen helpen om dit proces zo soepel mogelijk te laten verlopen

1. Maak melding bij de bedrijfsarts

Schat je bij het begin van de ziekmelding in dat het ziekteverzuim langer dan zes weken zal duren? Maak dan alvast een melding bij de bedrijfs- of ARBO-arts. Officieel hoeft dit pas in de 6e week, maar soms kondigt een werknemer zelf langdurig ziekteverzuim aan, bijvoorbeeld na een bezoek aan de huisarts. Je kunt hier dan alvast melding van maken.

2. Stel open vragen zonder oordeel

Re-integratiebegeleider Esther van der Scheer heeft zelf ervaring met een burn-out. Ze begeleidt nu mensen die langdurig hebben thuisgezeten en weer aan het werk gaan. Van der Scheer adviseert in deze fase: “Vraag simpelweg hoe het met iemand gaat en wat diegene nodig heeft, zonder een oordeel te vellen. Andere soort vragen kunnen al snel suggestief overkomen, zoals bijvoorbeeld ‘Wil je liever niet bellen nu?’ Probeer de vraag open te houden door te vragen: ‘Op welke manier wil je contact houden?’ Oordelen en oordelende vragen kunnen hard binnenkomen bij iemand die zich niet goed voelt. De werknemer zal ook eerder geneigd zijn om dan maar ‘ja’ te antwoorden, bijvoorbeeld uit schuldgevoel. Dat is niet altijd goed voor het herstel.”

3. Kies een actieve rol in het herstel

Lange wachttijden in de zorg? Verdiep je eens in de stresstherapie die jij als werkgever kunt aanbieden. De wachtlijst voor een psycholoog kan oplopen tot een paar maanden, terwijl je bij een stresscoach soms al binnen een week terecht kunt. Dit kan het ziekteverzuim met maanden verkorten en de kosten die je maakt verlagen.

4. De bedrijfsarts maakt een probleemanalyse

Na 6 weken ziekteverzuim voert de bedrijfsarts een probleemanalyse uit. Onderdelen van deze probleemanalyse zijn: de diagnose, de herstelmogelijkheden en de verwachte terugkeerdatum. De bedrijfsarts beoordeelt ook de stappen die de werknemer zet om te herstellen en formuleert op basis daarvan een prognose.

5. Toon betrokkenheid

Een kaartje of bloemetje is lief, maar, zegt Van der Scheer: “Verwacht er niet teveel van terug. Een berichtje zoals ‘we hopen je snel te zien’ kan al snel dwingend of drukkend overkomen. Kondig aan wanneer je belt. Ook al is het met de beste bedoelingen en niet gerelateerd aan werk, een onverwacht telefoontje van de werkgever kan stress opleveren.”

6. Maak een Plan van Aanpak

Naar aanleiding van de analyse van de bedrijfsarts moeten werkgever en werknemer in week 8 samen een Plan van Aanpak maken. Hierin maak je samen afspraken over het aantal werkuren en de werkzaamheden. Je kunt hiervoor dit formulier van UVW gebruiken. Iedere situatie is anders. De ene werknemer zal beginnen met een wekelijks kopje koffie met collega’s, de andere werknemer kan misschien al twee ochtenden aan het werk.

7.  Leg de mening over gemaakte afspraken vast

Sinds 1 juli 2023 zijn werknemers verplicht om hun mening te geven over de gemaakte reintegratie-afspraken. Ook dat leg je samen vast in het Plan van Aanpak. Je vermeldt hierin hoe de afspraken bijdragen aan het herstel van de medewerker en wie daarin welke rol speelt. Dat formuleer je bijvoorbeeld zo: 'Ik zal steeds duidelijk communiceren over mijn fysieke en mentale conditie, zodat we mijn takenpakket en werkomgeving daarop kunnen aanpassen. Het is belangrijk dat mijn werkgever en collega's begrijpen dat mijn re-integratieproces tijd kost. Ik wil graag dat zij betrokken zijn bij mijn herstel en mij ondersteunen tijdens mijn terugkeer. Ik geloof dat mijn herstel op deze manier zo goed mogelijk wordt ondersteund.' 

8. Evalueer het Plan van Aanpak

Iedere zes weken evalueer je het Plan van Aanpak. Dit kun je als werkgever zelf doen, maar je mag hier ook een begeleider voor aanwijzen. De begeleider kan ook een extern persoon zijn, zoals een ARBO-medewerker of een verzekeringsmedewerker. De evaluaties leg je vast in een evaluatieverslag.

9. Houd een re-integratiedossier bij

De evaluatieverslagen uit de vorige stap bundel je in een re-integratiedossier. Naast de evaluatieverslagen voeg je hier ook de oorspronkelijke probleemanalyse en het Plan van Aanpak aan toe. Welke onderdelen hier nog meer in moeten staan, lees je op de website van UWV. Het is belangrijk dat je de criteria volgt. Doe je dit niet, dan moet je mogelijk het loon van de werknemer na twee jaar ziekte langer doorbetalen.
Niet alleen de begeleider evalueert de werknemer periodiek, ook de bedrijfsarts moet de werknemer minstens iedere zes weken beoordelen. Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om te zorgen dat de bedrijfsarts dit ook daadwerkelijk doet.

10. Onderzoek de re-integratiemogelijkheden

Als de begeleider en bedrijfsarts oordelen dat de werknemer weer aan het werk kan, kun je samen met je werknemer het Plan van Aanpak aanpassen. Het kan zijn dat de werknemer al een paar uur per week naar kantoor kwam om te wennen. Kijk in dat geval naar de volgende stap, bijvoorbeeld meer uren of een taak erbij. Soms is het de vraag of de werknemer zijn oude werk nog kan hervatten. In dat geval kun je een arbeidsdeskundige inhuren om dat te onderzoeken.

11. Bied een baan bij een andere werkgever

In het ene geval keert een werknemer na enkele maanden terug naar kantoor, in het andere geval duurt het jaren. Als de arbeidsdeskundige constateert dat de werknemer het oude werk niet kan hervatten, moet je als werkgever een aangepaste functie of werkplek aanbieden. Is dit niet mogelijk? Dan moet je je werknemer een baan bij een andere werkgever (pdf) aanbieden.

12. Maak een melding bij UWV

Als de werknemer in de 42ste week nog niet 100 procent werkt, ben je verplicht een ziekmelding te maken bij UWV.

13. Evalueer na 52 weken

Als de werknemer na 52 weken nog niet 100 procent werkt, blikken de begeleider en de werknemer terug op het afgelopen jaar. Voor dit gesprek kan de begeleider dit formulier gebruiken.

14. Vraag een WIA-uitkering aan

Als je werknemer na twee jaar minstens 35% arbeidsongeschikt is, kun je een WIA-uitkering aanvragen voor je werknemer en hoef je geen loon meer te betalen.

Wet- en regelgeving

Bij het doorlopen van alle stappen geldt de volgende wetgeving:

  • De Wet verbetering Poortwachter schrijft de verplichte stappen voor die een werkgever moet zetten bij een re-integratie van een arbeidsongeschikte werknemer.
  • De werknemer heeft recht op twee jaar doorbetaling van het salaris.
  • Gedurende het ziekteverzuim geldt er een opzegverbod voor de werkgever. Als je een ziekteverzuimverzekering hebt afgesloten, ben je verzekerd voor de kosten van ziekteverzuim, de kosten van re-integratie en de verzuimbegeleiding.
  • De Arbeidsomstandighedenwet (de Arbowet) verplicht bedrijven een PSA-beleid (Psychosociale Arbeidsbelasting) op te stellen.