Lightyear ziet vooral voordelen in duurzaam ondernemen

Met elektrische auto’s die deels rijden op zonnestroom zoekt autobouwer Lightyear de grenzen op van duurzaam ondernemen. Soms is dat proces ingewikkeld en kostbaar, maar volgens mede-oprichter Lex Hoefsloot levert duurzaam ondernemen vooral voordelen op. “En dan met name bij het aantrekken van investeerders en talentvolle medewerkers.”

Het bedrijf is in 2012 opgericht door vijf oud-studenten van de TU Eindhoven. Lightyear is ontstaan uit de World Solar Challenge, een tweejaarlijkse wedstrijd tussen zonneauto’s die zijn ontworpen en gebouwd door studenten uit de hele wereld. Lex Hoefsloot was destijds teammanager bij de TU en stond daarmee aan de wieg van Lightyear. De Lightyear 0, het eerste model, wordt dit jaar in een kleine oplage uitgeleverd. Het tweede model, de Lightyear Two, rolt naar verwachting vanaf 2025 met jaarlijks 100.000 exemplaren van de band.

Gebruiksvriendelijk

Door het gebruik van zonnepanelen wil Lightyear niet alleen vernieuwend zijn, maar ook duurzamer dan andere elektrische auto’s. Voor sommige klanten is dat extra aantrekkelijk, maar anderen reageren juist sceptisch, vertelt Hoefsloot. “Wij zijn een jong bedrijf, dus scepsis hoort erbij, zelfs van mensen die overtuigd elektrische rijders zijn. Wij hopen met onze auto vooral mensen uit hun brandstofauto’s te halen, want daarmee behaal je de meeste duurzaamheidswinst. De Lightyear Two is bedoeld voor mensen die niet super duurzaam zijn, maar het onder bepaalde omstandigheden wel willen, bijvoorbeeld wanneer de auto verder kan rijden of goedkoper is. Daarom willen wij gewoon een goede, gebruiksvriendelijke auto maken.”

Wind mee

Voor investeerders daarentegen is de duurzaamheid van Lightyear juist een reden om in te stappen. Zo heeft leasemaatschappij Leaseplan van het eerste model enkele honderden auto’s besteld en van de opvolger al 5.000. Daarnaast haalde Lightyear inmiddels zo'n 100 miljoen euro aan investeringen op. “Onze investeerders weten ook dat er over twintig tot dertig jaar geen markt meer is voor vervuilende auto’s. Daarbij hebben we de wind mee. Duurzame producten komen in aanmerking voor subsidies, het is een groeiende markt en vanuit de samenleving ontstaat steeds meer vraag naar duurzaam produceren. Als je daarin vooroploopt, ben je voor investeerders een vrij veilige belegging.”

Duurzamer en beter

Duurzamer produceren betekent dat je goed moet nadenken over je productieproces. Naast wat meer moeite om aan onderdelen te komen, kan dat ook hogere kosten betekenen. “Je wilt omzet draaien met een gezonde marge, maar duurzame opties zijn soms ook duurdere opties. Die hogere kosten kun je natuurlijk doorberekenen aan de klant. Maar wij zijn vooral op zoek naar onderdelen die de auto zowel duurzamer als beter maken. De zonnepanelen die wij gebruiken, verhogen de duurzaamheid en zorgen er bovendien voor dat je auto minder aan de laadpaal hoeft te staan. En zonnestroom is goedkoper dan stroom uit een laadpaal.”

Dit is juist het moment om radicaal anders te gaan denken, vanuit het doel dat je wilt bereiken.

Toekomstbestendigheid

Daarbij is duurzaamheid niet de enige eis die Lightyear stelt als het gaat om onderdelen. “Wij vragen onze toeleveranciers zich te committeren aan onze standaarden op het gebied van CO2-uitstoot, niet werken in conflictgebieden, diversiteit en dergelijke. Ook al produceren we nu nog maar in kleine aantallen. Veel leveranciers zijn wel bereid daaraan mee te werken, omdat we binnenkort klaar zijn voor massaproductie. Als leveranciers nog niet aan onze standaarden kunnen voldoen, willen we ze helpen aanpassingen te doen. De rest van de markt zal er uiteindelijk ook om gaan vragen, dus het is ook belangrijk voor hun eigen toekomstbestendigheid. Maar ja, soms moeten ook wij pragmatisch zijn, als het niet anders kan.”

Zinvolle bijdrage

Ondanks mogelijk hogere kosten en wat meer moeite denkt Hoefsloot dat duurzaam produceren uiteindelijk meer oplevert dan het kost. “En niet alleen qua investeerders, maar met name bij het aantrekken van talentvolle medewerkers. Tegenwoordig willen jonge mensen graag iets bijdragen aan de maatschappij en niet alleen voor geld werken. De grootste talenten hebben hun werkgevers voor het uitkiezen. Die gaan liever voor een baan waarbij ze een zinvolle bijdrage kunnen leveren.” Hij vult aan: “Als onderneming hebben we als missie: mobiliteit voor iedereen. Het mooie van zo’n gemeenschappelijk doel is dat je meer gemotiveerde mensen krijgt en makkelijker beslissingen kunt nemen. Je wil tenslotte samen dat doel bereiken.”

Radicaal anders

Als vernieuwer in de auto-industrie vindt Hoefsloot zijn concurrenten nog erg traditioneel. “Nieuwe elektrische auto’s lijken precies op brandstofauto’s, alleen met een andere aandrijving. Tankstations worden omgebouwd tot laadstations, die er precies hetzelfde uitzien. Maar als over twintig jaar iedereen in een duurzame auto moet rijden, moet je het bestaande systeem helemaal opnieuw bekijken in plaats van stap voor stap een bestaand product aanpassen. Dit is juist het moment om radicaal anders te gaan denken, vanuit het doel dat je wilt bereiken. Veel bedrijven doen precies genoeg voor wat nu volgens de wet- en regelgeving nodig is, maar we zouden veel grotere stappen moeten zetten. We kunnen niet blijven doen wat we altijd deden en denken dat het goed komt. Dat bestaat niet.”

Toegankelijk en betaalbaar

Bovendien liggen er nu meer kansen dan ooit om radicaal te verduurzamen. “Dat de elektrische auto de toekomst is, daar is iedereen het wel over eens. De volgende stap is om die auto voor iedereen toegankelijk en betaalbaar te maken. Overheden zullen daar steeds meer op gaan aandringen en meer gaan subsidiëren. En los van de zorgen om de planeet zijn er geopolitieke redenen om over te stappen op duurzame bronnen. Het is lastig om de olie- en gascrisis als argument te gebruiken, omdat je dan de indruk wekt te profiteren van een crisis. Maar nu kunnen vooral de mensen met de hogere inkomens de benzineauto laten staan en overstappen op elektrisch. Ik hoop echt dat duurzaam rijden binnenkort ook bereikbaar wordt voor de lagere inkomensgroepen.”

Focus op de markt

Wat zijn eigen onderneming betreft, ziet Hoefsloot de toekomst zonnig in. “Op dit moment krijgen we de meeste voorinschrijvingen uit Nederland, maar er is al belangstelling uit onder meer Spanje, Duitsland en enkele andere landen. Tot nu toe hebben we erg gefocust op de technologie om met een kleine batterij zo ver mogelijk te kunnen rijden. Nu we dat doel hebben bereikt, zijn we klaar voor de markt en gaan we daar meer op focussen.” De auto-industrie is een competitieve sector, dus concurrenten liggen altijd op de loer. “Ons huiswerk bestaat eruit dat we de snelheid erin houden en onze voorsprong behouden. We zijn erg benieuwd hoe de Lightyear 0 het in de praktijk gaat doen en wat we daarvan gaan leren.
Vervolgens verleggen we de focus naar de Two. Ons einddoel is om onze auto ook beschikbaar te maken op plekken waar het nu nog moeilijk is om elektrisch te rijden, vanwege de ontbrekende infrastructuur of een slechte economie, zoals in Afrika en India. Vanwege de ideale klimaatomstandigheden kunnen we daar het hele laadnetwerk overslaan.”