Loon ontvangen uit een stichting

Stichtingen bestaan in allerlei soorten en maten. Een belangrijk kenmerk van een stichting is dat deze geen leden heeft, maar wel een bestuur. Een stichting wil een bepaald doel bereiken, bijvoorbeeld het inzamelen van geld voor onderzoek naar de behandeling van een ziekte. Dit doel staat in de statuten vermeld. Het doel mag niet zijn het uitkeren van geld aan oprichters of bestuurders. Een stichting mag alleen uitkeringen doen aan personen of organisaties als deze uitkeringen het statutaire doel dienen.

Maar kun je dan als bestuurder wel in dienst zijn bij een stichting en daarvoor een beloning ontvangen? Lees hieronder wat de mogelijkheden zijn.

Rol bestuurder bepaalt beloning

Je kunt in verschillende rollen als bestuurder bij een stichting werken:

  • als statutair bestuurder – je ontvangt loon, maar hebt geen arbeidsovereenkomst met de stichting.
  • als titulair bestuurder – je ontvangt loon en hebt een arbeidsovereenkomst met de stichting.
  • als bestuurder met onkostenvergoeding en/of vacatiegeld of vrijwilligersvergoeding.
  • als bestuurder van een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) of Sociaal Belang Behartigende Instelling (SBBI) – de regels voor de beloning vind je op de site van de Belastingdienst.

Als je bestuurder bent zoals in de statuten van de stichting bepaald, ben je een ‘statutaire’ bestuurder. Wanneer je door het bestuur van de stichting tot uitvoerend bestuurder bent benoemd, ben je een ‘titulair’ bestuurder. Soms krijg je dan de functienaam ‘directeur’.

Als titulair bestuurder heb je meestal een arbeidsovereenkomst met de stichting en ontvang je voor je werkzaamheden loon. Je staat onder gezag van het bestuur van de stichting.

Maar ook als je statutair bestuurder bent kun je je door de stichting laten betalen voor het werk dat je doet. Je hebt dan geen arbeidsovereenkomst met de stichting. Tussen jou en de stichting bestaat namelijk geen gezagsverhouding, waardoor je geen arbeidsovereenkomst kunt sluiten. Dit betekent dat er over de betaling die de stichting aan jou doet wel loonheffing, maar geen sociale verzekeringspremies moeten worden afgedragen. Bij kleine bedragen hoeft de stichting meestal geen loonheffing in te houden en geen sociale premies te betalen. De Belastingdienst beoordeelt dit.

De hoogte van de betaling voor het werk dat je doet voor de stichting, moet redelijk zijn, in verhouding met het verrichte werk. Als de betaling meer is dan ‘redelijk’ doet de stichting feitelijk een uitkering aan een oprichter of bestuurder. Dat is volgens de wet verboden. Wanneer een stichting toch zo’n verboden uitkering doet, kan de rechter het bestuur ontslaan. Ook kan de rechter de stichting ontbinden op verzoek van een belanghebbende of het Openbaar Ministerie.

Vaak bepalen de statuten hoe de stichting een bestuurder beloont. Bijvoorbeeld dat een bestuurder geen recht heeft op loon, maar alleen op een onkostenvergoeding en/of vacatiegeld. Vacatiegeld is een vergoeding die bestuursleden ontvangen voor het voorbereiden en bijwonen van vergaderingen. Het ontvangen vacatiegeld geef je bij de inkomstenbelasting op bij ‘overige inkomsten’.

Subsidie niet gebruiken voor loonbetaling

Een subsidieverstrekker geeft soms aan dat de subsidie niet gebruikt mag worden voor het betalen van loon aan een bestuurder. Als je de regels van de subsidieverstrekker overtreedt, vervalt het recht op de subsidie.

Raad van Toezicht

Een stichting kan naast een bestuur een Raad van Toezicht (RvT) hebben. Een RvT controleert het werk van de stichting. Dus ook jouw werk als bestuurder. Dat betekent dat er sprake is van een gezagsverhouding. En als er een gezagsverhouding is en er loon voor werk wordt betaald, spreek je al snel over een dienstbetrekking. Bij een dienstbetrekking moet de stichting bij de betaling voor de werkzaamheden van de bestuurder loonheffing en sociale verzekeringspremies inhouden.

Betalingen aan vrijwilligers

Veel stichtingen kunnen niet zonder de inzet van vrijwilligers. Aan vrijwilligers mag de stichting onkosten vergoeden en ook een vrijwilligersvergoeding betalen. Zolang deze vergoeding niet hoger is dan € 2.100 per jaar, is deze vergoeding onbelast. De vrijwilliger hoeft de vergoeding dan niet aan de Belastingdienst door te geven.