Stappenmakers

Transcriptie: Bewuste boxers

In de podcastserie 'Stappenmakers' van KVK voert presentatrice Annette van Soest al wandelend gesprekken met ondernemers over de stappen die ze hebben gezet en wat ze hiervan leerden. In aflevering 10, 'Bewuste boxers', komt ras-ondernemer Jeroen Adriaans aan het woord.

Luister naar de podcast

Transcriptie

Van Soest: Annette van Soest

Adriaans: Jeroen Adriaans

Van Soest: “Vandaag ga ik op stap met Jeroen Adriaans. Jeroen heeft samen met z’n compagnon Rik Vegter in 2019 het merk Undiemeister opgericht. Bij Undiemeister kun je duurzame onderbroeken, T-shirts en sokken kopen. Ik ontmoet Jeroen vandaag bij het kantoor van Undiemeister in Utrecht.”

*Annette klopt op de deur*

Van Soest: “Jeroen?”

Adriaans: “Welkom. Goedendag.”

Van Soest: “Mijn naam is Annette van Soest en in de podcastserie Stappenmakers hoor je ondernemers stappen maken. Omdat ze kansen zien, willen groeien of omdat ze moeten. Een crisis, klimaatverandering, digitalisering. Bedrijven kunnen niet achterblijven. Al wandelen ga ik met ze in gesprek over de stappen die ze hebben gezet. Vaak digitaal en soms op een andere, creatieve manier. Ik sta inmiddels bij Jeroen in z’n kantoor. En dan ben ik natuurlijk toch even benieuwd. Draagt hij nu ook z’n eigen ondergoed?”

Adriaans: “Ja, ik draag het natuurlijk altijd.”

Van Soest: “Ik zal je niet vragen om je broek omlaag te doen, maar je hebt een hemd aan?”

Adriaans: “Ja, ik heb sowieso de shirts aan. Het is een echt een hele zachte stof ook. Dat is heel leuk.”

Van Soest: “Maar ik zie het shirt wat je draagt. Het ziet eruit als een heel gewoon stofje, maar jullie hebben die stof wel helemaal zelf ontwikkeld. Wat is er zo bijzonder aan, aan Mellow Wood, zoals die stof heet?”

Adriaans: “Ja, de stof Mellow Wood is de enige stof ter wereld op dit moment die CO2-neutraal is en honderd procent milieuvriendelijk. En als je weet dat textiel eigenlijk de op één na grootste CO2-vervuiler is, is dat wel wat ons betreft een unieke doorbraak, waar wij op voort zijn gaan borduren en doorontwikkeld hebben tot de stof hoe die nu is. En onze volledige onderkledinglijn mee ontwikkeld hebben.”

Van Soest: “Want waar bestaat ‘ie uit? Het is deels al een bestaande stof hè? Tencel.”

Adriaans: “We hebben een stukje tencel gehaald. Uiteindelijk is dat een stof die ontwikkeld wordt in Oostenrijk. En puur om die feeling voor ons gevoel net wat steviger te maken, wat mannelijker, omdat we natuurlijk ook op ondermode gingen richten voor de mannen, hebben we een nieuwe blend gemaakt met organisch katoen. En er zit natuurlijk een klein stukje elastaan in. Puur voor de stretch. En die combinatie hebben we uiteindelijk volledig kunnen beschermen en kunnen patenteren.”

Van Soest: “Mellow Wood is dus goed beschermd en daardoor zijn ze de enigen die deze stof mogen gebruiken. Je zou kunnen zeggen: laat iedereen die stof gebruiken als ‘ie zo duurzaam is. Want dan krijgen we een betere wereld. Jeroen snapt die vraag, maar vindt dat voor nu nog iets te vroeg.”

Adriaans: “Kijk, we zullen vast wel dadelijk open gaan staan voor het gebruik door andere merken. Maar we willen ook wel een beetje ons eigen merk en product nog beschermen. Kijk, als ik het nu aan de grote reus van de wereld geef, dan weet ik ook niet in hoeverre dat ons beschadigt. Dus daar moeten we nog goed over nadenken. En daar zijn onder andere dit soort sessies net als vanmiddag heel erg belangrijk bij. Want wij moeten nadenken in welke vorm, welke strategie, niet alleen bij Undiemeister, maar ook met Mellow Wood: welke weg gaan wij bewandelen?”

Van Soest: “Ja, want we praten hier natuurlijk nog over een jong bedrijf. Met Mellow Wood hadden ze dus een unieke stof, maar nog geen product. Jeroen en Rik moesten dus nog van idee naar productie. In korte tijd bedachten ze Undiemeister en hadden ze dus shirts en onderbroeken. Dat konden ze zo snel doen, omdat ze al jaren in de textielindustrie zaten.”

Adriaans: “Kijk, dit idee speelt natuurlijk al een jaartje of vijf. Ik zit al wat langer in de branche. Mijn compagnon ook, dus wij wisten ook wel een beetje hoe bepaalde processen in z’n werk gaan in de textielwereld. En ik wist ook al bijvoorbeeld dat ik in Oostenrijk moest zijn, welke fabrieken, contactpersonen et cetera.”

Van Soest: “Je hoefde niet alles opnieuw zelf uit te vinden. Je wist al een beetje hoe die wereld in elkaar zat?”

Adriaans: “Ja, de basis die was bekend, dus we konden redelijk snel schakelen, waar we uiteindelijk ook in een aardig recordtempo een bedrijf hebben neergezet.”

Adriaans: “Nou, uiteindelijk was mijn compagnon al wat eerder gestart met de ontwikkeling van de stof. En uiteindelijk toen wij de stof hadden en overgingen naar producten, tot aan dat we echt gelanceerd en live waren, daar heeft waarschijnlijk drie, vier maandjes tussen gezeten.”

Van Soest: “Goed, zullen we even naar buiten wandelen? Om verder te praten?”

Adriaans: “Leuk. Gaan we doen.”

Van Soest: “We lopen door de regen, maar we hebben gelukkig een paraplu. Dan vertelt Jeroen ook over z’n andere bedrijven, want hij is een echte serie-ondernemer.”

Adriaans: “Ik had al een aantal ondernemingen voordat ik met mijn compagnon ging samenwerken.”

Van Soest: “Het loopt nogal uiteen hè, wat je doet. Want onderkleding, daar hebben we het vandaag dan over. Marketing, maar ook sanitair: zit daar eigenlijk ook een rode draad in?”

Adriaans: “Met name de grootste rode draad is dat het allemaal online is, voornamelijk. En ja, overal zit ook wel echt de focus op duurzaamheid. Dus wij proberen daar juist wel het meest op te letten. Dus wat mij betreft: het is allemaal een online onderneming. Allemaal producten online verkopen, maar wel alles geprobeerd zo duurzaam mogelijk.”

Van Soest: “Online ondernemen dus, met de focus op duurzaamheid. Die duurzaamheid is voor Jeroen heel belangrijk, maar – zegt hij daar ook eerlijk bij – je moet ook pragmatisch blijven. Honderd procent duurzaamheid bestaat niet.”

Adriaans: “Kijk, ons product, als ik naar Undiemeister kijk. Wij doen het maximaal duurzaam, want de stof is duurzaam. Alleen wij kunnen nooit maximale duurzaamheid garanderen, want je hebt vervoersbewegingen tussen fabrieken, naar de klanten toe et cetera. Dus ik ben altijd heel voorzichtig om die claim proberen te maken. Maar als ik kijk naar wat binnen ons bedrijf het belangrijkst is. Uiteindelijk moeten we allemaal onze boterham verdienen en een gezin onderhouden, maar ik denk dat plezier en een mooiere plek achterlaten – ook voor mijn kindjes later – dat heeft voor ons wel een prioriteit.”

Van Soest: “Maar honderd procent CO2-neutraal zijn. Ook in alle processen, om de stoffen… Dat is niet je ambitie of is dat toch wel een streven?”

Adriaans: “Ja, dat zou zeker een streven zijn, alleen ik vraag me af of dat ooit mogelijk gaat zijn. Tenminste, ik denk dat we daar nog iets meer tijd voor nodig hebben dan de komende honderd of tweehonderd jaar.”

Van Soest: “Niet alles is dus mogelijk. Maar tegelijkertijd wil Jeroen er wel voor zorgen dat alles wat duurzaam kan, ook duurzaam gebeurt. Dan hebben we het dus over het hele productieproces van z’n shirts en onderbroeken.”

Adriaans: “Alles wat wij doen, hebben we echt heel bewust fabrieken en productiefaciliteiten op uitgezocht. Dus alles is gecertificeerd. Bijvoorbeeld de GOTS-certificaten die in de kleding veel voorkomen.

Van Soest: “De wat?”

Adriaans: “De GOTS noemen ze dat. Dat zegt eigenlijk alles over de werkomstandigheden. Hoe wordt er met personeel omgegaan, wat zijn de condities, dat soort zaken. Dus daar zitten we echt bovenop. En het enige waar we op dit moment heel druk mee bezig zijn, is dus ook te kijken of we alle stappen kunnen zetten richting transporteurs naar onze eindklant toe, dus bijvoorbeeld elektrisch rijden. In de grote steden zie je steeds meer fietskoeriers. Daar zijn we nu mee in gesprek. We hebben afvalpunten toegevoegd, omdat inmiddels ook bewezen is dat dat vervoersbewegingen terugdringt. En een simpel voorbeeld: in het begin deden we abonnementen. Dan ga je producten per stuk verkopen. Dan creëer je ook een heleboel vervoersbewegingen met een kleine order. Dus toen hebben we die abonnementen meteen vaarwel gezegd. Die hebben we eigenlijk vervangen door een kortingsstaffel, die wij de Meisterstaffel noemen.”

Van Soest: “Hoe meer je bestelt, hoe meer korting?”

Adriaans: “Ja, en ik geef eigenlijk geen korting bij een product. Ik reken eigenlijk de kosten van transport, het inpakken, verpakkingsmaterialen, alles reken ik door naar de klant. En dan kan ik ‘m zo laten oplopen, waardoor de klant uiteindelijk een heel voordelig product heeft. En met de intentie: ik heb het liefst natuurlijk dat je één keer bestelt voor een heel jaar, dan dat ik twaalf orders heb.”

Van Soest: “Was dat echt puur een beslissing genomen vanuit duurzaamheidsoogpunt? Of namen er ook niet zo heel veel mensen een abonnement op onderbroeken?”

Adriaans: “Nou, de onderbroekabonnementen gaan echt goed. Als je puur en alleen naar cash kijkt, als je naar je bedrijfswaarde kijkt, dan zijn abonnementen goud. Alleen het past gewoon niet in ons model. En dit is echt puur en alleen een overweging geweest vanuit duurzaamheid.”

Van Soest: “Jeroen probeert met z’n bedrijf dus zo duurzaam mogelijk te zijn in een industrie die nog heel vervuilend is. Die aanpak valt op. Zo werd hij met Undiemeister ook al snel gekozen KVK Innovatie Top 100. Eigenlijk loopt z’n bedrijf vanaf het begin af aan al goed. Dat begint al met de financiering, die vlot van de grond komt.”

Adriaans: “Nou het stukje is uit eigen middelen gekomen en we zijn een crowdfunding gestart. Dat hebben we het platform CrowdAboutNow gedaan. Met name omdat ook daar wat meer focus op duurzaamheid ligt. En we hadden natuurlijk wel die stof. En daar hebben we toen een crowdfunding opgetuigd en die is eigenlijk ook binnen enkele dagen volledig gevuld.”

Van Soest: “Binnen 48 uur hè?”

Adriaans: “Het ging heel snel ja.”

Van Soest: “Had je dat verwacht?”

Adriaans: “Nee.”

Van Soest: “Heb je daar iets bijzonders voor gedaan?”

Adriaans: “Nee, eigenlijk niet. Rik heeft wel een behoorlijk netwerk en die had ‘m daar gedeeld. We hebben ‘m eigenlijk voornamelijk op onze zakelijke netwerkplatforms gedeeld. En de mijne was natuurlijk ook wel behoorlijk gegroeid in de laatste jaren. En we zien ook dat het met name uit de… Het is niet alleen bekende kringen, maar ook de trouwe achterban. Ik heb voorheen in de bamboekleding gezeten en Rik ook. En ook vanuit daar zien we gewoon dat er bekende namen tussen komen. Dus dat is hartstikke leuk.”

Van Soest: “Er is dus al heel snel voldoende geld. En daarna gaat het ook hard met de verkoop van de shirts en onderbroeken. Soms zelfs iets té hard.”

Adriaans: “De groei is wel dermate snel gegaan dat we ook echt wel even wat voorraadproblemen hebben gehad. We kregen het met de productie bijna niet bijgehouden. We hadden gehoopt dat het in een bepaald tempo zou gaan lopen, maar daar is wel een serieuze factor, ik denk wel factor 3, overheen gegaan.”

Van Soest: “Want wanneer gebeurde dat? Al redelijk snel? Of?”

Adriaans: “Vanaf het moment dat ik lanceerde, hadden we natuurlijk een klein voorraadje. Je hoopt dat het aanslaat. Die hadden we eigenlijk echt in enkele weken erdoorheen. Toen waren zo goed als uitverkocht. Ik had een pre-launch gedaan eind november. Spullen kwamen net voor Kerst binnen. En toen was ik eigenlijk al volledig door m’n producten heen. Dus toen moesten we ‘m al een maandje eigenlijk gaan temperen voordat de nieuwe producten binnen waren.”

Van Soest: “Maar er waren al mensen die hadden al besteld en die dus een maand moesten wachten?”

Adriaans: “Ja, zeker.”

Van Soest: “En dan? Want, ja dat wil je natuurlijk niet.”

Adriaans: “Nee, dat wil je zeker niet. We hebben gewoon iedereen open en eerlijk gecommuniceerd en gezegd van: nou weet je, als je niet wilt wachten, laat het weten. Wacht je wel, dan krijg je bijvoorbeeld een extra boxershort cadeau. Desondanks, uiteindelijk hebben we volgens mij geen enkele annulering gehad en konden we in ieder geval doordraaien. En dat is hartstikke fijn. Toen zijn we daarna de stap richting TV gaan zetten. Toen zijn we weer ontzettend hard gegroeid. Toen hebben we de eerste keer heel kort met een aantal producten ook wat voorraaddingetjes gehad. Dat is het nadeel met een eigen stof: de hele productiecyclus is een stuk langer. Je zit met twaalf weken plus levertijd.”

Van Soest: “Maar je zou zeggen: als je een eigen stof hebt, dan kan je toch heel snel schakelen?”

Adriaans: “Je moet toch gaan inkopen op verschillende punten. Die stof moet dan weer nieuw gepland worden. Dat is weer een proces. Dan moet die stof weer naar de productiefaciliteit gebracht worden. Daar worden jouw producten weer in elkaar gezet. Dan moet ‘ie weer naar ons magazijn. En die hele cyclus duurt gewoon lang.”

Van Soest: “En waar doen jullie dat allemaal?”

Adriaans: “Onze producten zelf worden op dit moment allemaal ontwikkeld in Turkije. En de stof in Oostenrijk.”

Van Soest: “Dus je bent afhankelijk van je leveranciers, je wilt heel hard groeien en dat gaat zo hard dat je af en toe nee moet verkopen?”

Adriaans: “We hebben zeker momenten gehad dat we echt wel wat voorraaduitdagingen hadden. En als ik kijk naar dit jaar. Dit jaar is zo extreem hard begonnen. We hebben klanten twaalf weken moeten laten wachten op producten. Dus dat is heel vervelend en dan krijg je ook van klanten te horen van: ja, maar waarom verkoop je het dan? Terwijl: over gaven wij netjes aan dat we op dat moment geen voorraad hadden. Het ging te hard. Het duurt waarschijnlijk tien tot twaalf weken. We hebben daar heel open in gecommuniceerd. We hebben daarna ook nog gewoon gemaild: wil je niet wachten? Laat het ons weten. Want ja, je wilt natuurlijk niet dat mensen een slechte review hierdoor achterlaten, dus we probeerden dat wel een beetje op te vangen.”

Van Soest: “Heb je er wat van geleerd? Want op zich is voorraadproblemen, dat speelt natuurlijk in ontzettend veel sectoren op dit moment. Ook door de coronacrisis. Wat doe je nu anders? Wat heb je ervan geleerd?”

Adriaans: “Nouja, we hebben er zeker van geleerd en we doen heel veel dingen anders. Alleen als je een startup bent, dan kan je niet zomaar even een half miljoen op voorraad leggen. Dat heb je gewoon niet. Nu zijn we wel bijvoorbeeld de stof zelf alvast op voorraad gaan leggen. Nog geen eindproduct, maar wel de tussenstap. Zodat we veel sneller kunnen gaan produceren. Dus we zijn er al wel druk mee bezig.”

Van Soest: “Wees dus open en eerlijk als je leveringsproblemen hebt, is de tip van Jeroen. Dat doet het bedrijf ook tijdens de coronacrisis, als er opnieuw problemen ontstaan en de wachttijd oploopt naar twaalf weken. Maar door de klanten de hele tijd goed op de hoogte te houden, annuleert uiteindelijk niemand z’n order. Undiemeister heeft dus flinke groeistuipen, maar hoe zit het dan met de cijfers? Wat is bijvoorbeeld de omzet die ze nu draaien? Jeroen houdt daarbij een beetje de kaarten op de borst.”

Adriaans: “We hebben dit jaar ruim driehonderd procent van vorig jaar gedaan. Ik wil daar geen bedragen aan hangen, maar dat zijn wel miljoenen ja.”

Van Soest: “En hoe veel stuks zijn dat dan?”

Adriaans: “Dat is een hele goeie. Dat zijn er ook wel enkele honderdduizenden.”

Van Soest: “Ja jij denkt natuurlijk: als ze dat weet, dan gaat ze rekenen en dan heeft ze nog een omzet.”

Adriaans: “Ik ben altijd voorzichtig met te veel op straat gooien. Ik denk dat het altijd het beste is om daar niet te veel over uit te wijden.”

Van Soest: “Laten we het hebben over groei in termen van personeel. Zijn jullie gegroeid in aantallen mensen?”

Adriaans: “Ja, zeker. Ik ben alleen met mijn compagnon gestart. We waren met een clubje van twee en we deden eigenlijk alles zelf. Eigenlijk met name begin dit jaar toen we die problemen kregen met voorraad, dan komt er ook wat meer klantenservice bij kijken. Dan kom je ook echt wel op een punt dat het niet meer te doen is. We hebben wel alles tot in den treure geautomatiseerd, maar we zitten nu met z’n zessen.”

Van Soest: “Wordt dat nog meer? Wat zijn de plannen?”

Adriaans: “Als je verder wilt groeien, zal dat altijd meer worden, maar wij proberen wel om onze omzet per persoon te maximaliseren. En dat is ook wel een stukje kracht vanuit mij en vanuit mijn e-commerce organisatie. Dus onze focus ligt wel op zo veel mogelijk automatiseren en processen zo makkelijk mogelijk maken.”

Van Soest: “De groei zit er dus in ieder geval dik in. En om nog verder te groeien, kijkt Undiemeister nu ook over de grens.”

Adriaans: “Ik ben natuurlijk gestart alleen in Nederland en door onze groeistuipen hebben we ook echt die rem erop moeten houden en zijn we in Nederland gebleven. We zijn inmiddels net met een nieuwe website live. In tien store-views, ofwel in meerder talen. Dus we zijn echt heel veel voorbereiding aan het treffen om nu de expansie in te gaan zetten. Nu hebben we de productie op orde. Dus een van onze agendapunten is: wat gaat onze strategie worden? Welke landen gaan we eerst doen? En dat soort zaken.”

Van Soest: “Waar zijn ze klaar voor Undiemeister?”

Adriaans: “Ja, waar zijn ze er klaar voor? Ik denk dat heel de wereld al wel aardig klaar is voor Undiemeister. Op dit moment zijn we gewoon ontzettend uniek en CO2 is een hot item. En wij zijn wel diegene die dat product kunnen bieden die de hele textielwereld op z’n kop kan zetten. Dus in dat opzicht denk ik dat heel Europa - of ja misschien wel verder maar laten we eerst eens naar Europa kijken - dat iedereen er klaar voor is.”

Van Soest: “Maar met een naam als Undiemeister, moet je natuurlijk als eerst naar Duitsland, toch?”

Adriaans: “Ja, dat zou je zeker zeggen. Dat is ook wel leuk hoe het ontstaan is, want de stof is in Oostenrijk ontwikkeld, dus de Duitse klank past er goed bij. Maar uiteindelijk is Undiemeister een naam die eigenlijk Amerikaans is en niet Duits. Het is eigenlijk een samenstelling van ‘undies’, ondergoed, en ‘meister’ is Duits. Maar uiteindelijk: een alfamannetje in een vriendengroep noemen ze vaak de meister in Amerika. Ik noem altijd een mooi voorbeeld: je hebt American Pie daar heb je de stiffmeister. Wij hebben eigenlijk die samenstelling gemaakt, want wij zijn het alfamannetje in textielland of in ondergoedland, of hoe je het wilt noemen. En zo zijn wij op de naam Undiemeister gekomen.”

Van Soest: “Jullie gaan dus ook geen undies voor vrouwen maken? Wat wordt dan de naam?”

Adriaans: “Dat is een hele goede vraag. Daar durf ik nou ook nog geen antwoord op te geven, maar op dit moment focussen wij ons echt alleen nog maar op de heren.”

Van Soest: “Spannende tijden komen eraan.”

Adriaans: “Ja zeker zeker. Het zijn hele spannende tijden. Maar wel de allerleukste.”

Van Soest: “Met een zo duurzaam mogelijke productieketen en een zo eerlijk mogelijk verhaal naar de klanten, is Undiemeister dus hard op weg om de eigen ambities waar te maken.

Mijn naam is Annette van Soest. Leuk dat je luisterde naar deze aflevering van Stappenmakers. Wil je horen welke stappen andere ondernemers hebben gezet, luister dan de hele serie.

Ben jij ondernemer en wil je meer informatie over duurzaam ondernemen? Ga dan naar www.KVK.nl. Vorig jaar bemachtigde Undiemeister dus een plekje in de Innovatie Top 100. Ben je nieuwsgierig welke inspirerende bedrijven dit jaar in de Top 100 staan? Kijk dan op www.KVKinnovatietop100.nl.