'Ons product is de bijles, niet een Cito-resultaat'

Het beeld van ambitieuze ouders die hun kinderen via bijlessen naar het gymnasium proberen te krijgen, klopt niet. “Althans, niet bij ons in Almere”, zegt Mariska Kloppenburg, sinds 2008 eigenaar en oprichter van bijlesinstituut Bijzonder Jij, dat inmiddels 23 medewerkers telt. Het bedrijf geeft bijlessen aan scholieren op de eigen locatie en ondersteunt scholen en leerkrachten met leerlingbegeleiding, nascholing en workshops.

Onderwijsachterstand

Corona en de daaropvolgende schoolsluiting heeft de aandacht voor bijlessen behoorlijk geholpen, vertelt Kloppenburg. “Vooral de media-aandacht voor vermeende onderwijsachterstanden speelde een grote rol. Daardoor werden ouders bezorgd. Ik denk niet dat dit terecht was. Veel scholen hebben goede online lessen gemaakt en kinderen die in het begin uitvielen, werden later toch weer bij de les gehaald. Je kunt zeggen: deze kinderen hebben deze lessen gemist, dus ze hebben een achterstand totdat alles is ingehaald. Je kunt ook zeggen: welke leerlijnen moeten we halen en hoe doen we dat? Het woord ‘achterstand’ drukt meteen zo’n stempel op kinderen, dat is niet eerlijk.”

Tafels automatiseren

Bijzonder Jij maakt gebruik van zelfontwikkeld lesmateriaal en van bestaande methoden. “We zijn op dit moment bezig met het ontwikkelen van spellen om de tafels van vermenigvuldiging te automatiseren. Daarnaast hebben we een eigen rekenboek gemaakt. We merken wel dat de ene methode beter werkt dan de ander, al verschilt dat ook per leerling. Er zijn heel veel methodes in omloop. Vaak ontwikkeld door marketingbureaus, onder het motto dat ze aansluiten bij de Cito-toets. Dat valt meestal nogal tegen. Al onze medewerkers hebben een didactische achtergrond en we zien vaak snel of een methode iets is voor onze leerlingen of niet.”

Geen garantie

Kloppenburg geeft haar klanten geen garanties over een te behalen niveau of een Cito-score. “Het product dat we aanbieden is de bijles. Een Cito-resultaat of een schoolniveau halen, is van veel factoren afhankelijk waar ik geen invloed op heb. Die kan ik dus niet garanderen. Wij bieden een steuntje in de rug, waardoor de leerling een stapje verder komt bij zijn leerdoelen.

Het woord ‘achterstand’ drukt meteen zo’n stempel op kinderen, dat is niet eerlijk.

Bijvoorbeeld, ik wil ongelijke breuken kunnen optellen en aftrekken of ik kan de strategie van samenvatten uitvoeren. Dat is concreet en meetbaar. Als gevolg daarvan behaalt een leerling hogere resultaten, maar dat is niet wat ik verkoop. Ik ben ooit als juf begonnen en mijn motto is nog steeds: een kind is meer dan zijn Cito-resultaten.”

Aanwaaien

Met de toenemende vraag naar bijles, ziet Kloppenburg kansen om haar instituut uit te breiden. “Dan denk ik aan meer lessen in de avonduren, we werken nu nog vooral in de middag. En vanuit ouders komt regelmatig de vraag om op zaterdag bijles te geven. We zouden ook in vakantieperiodes kunnen uitbreiden. Daarvoor hebben we dan wel extra personeel nodig. Nu is dat niet moeilijk, veel nieuwe werknemers komen vanzelf aanwaaien. De combinatie die wij bieden van leerlingen begeleiden en expertise brengen naar scholen door leerkrachten te coachen, is aantrekkelijk voor mensen met een onderwijsachtergrond.”

Leren via Teams

Daarnaast wil Kloppenburg haar activiteiten online uitbreiden. “Binnenkort willen we online lessen voor kinderen en e-learning-programma’s voor leerkrachten aanbieden. Met online oefeningen en live-lessen via Teams hopen we een nieuwe groep leerlingen te bedienen. Omdat we tijdens de corona-periode niet al onze leerlingen op onze locatie konden ontvangen, geven we nu al les via Teams en dat kunnen we ook voor nieuwe leerlingen gaan aanbieden. En verder onderzoeken we momenteel de mogelijkheid om meerdere vestigingen op te richten.”

Schaduwonderwijs

Er zijn ook bedreigingen voor Bijzonder Jij, ziet Kloppenburg: “In de vorm van de vele bijlesbureautjes die als paddenstoelen uit de grond schieten en die niet altijd van goede kwaliteit zijn. ‘Schaduwonderwijs’ wordt dat genoemd en dat heeft geen goede naam in onderwijsland. Daar hebben wij wel last van. Vaak zijn dit bureaus die werken met studenten en die goedkoop bijles aanbieden. Er zijn vast studenten die kinderen iets kunnen leren, maar in mijn visie heb je voor lesgeven didactische kennis nodig. De ouders die bij ons aankloppen, kiezen bewust voor deskundigheid. Het is natuurlijk een goed verdienmodel. Ik zie dat die goedkope bureaus snel geld verdienen, maar als juf zeg ik: dat is niet mijn ding.”

Zinvolle les?

Kloppenburg is dan ook erg gericht op bewaking van de kwaliteit van haar instituut. “Dat doen we met behulp van onze teamleiders, die drie keer per jaar een ronde maken om lessen bij te wonen en aan te haken bij een schoolconsult. Daarnaast doen we een of twee keer per jaar een klanttevredenheidsonderzoek en krijgen we feedback uit gesprekken met scholen en de voortgangsgesprekken met ouders. Aan de leerlingen vragen we na elke les: wat heb je vandaag geleerd, was dit een zinvolle les?”

Gas geven

Op de vraag of er trends zijn in bijles-land moet Kloppenburg even lachen. “Bijles is op zichzelf al een trend. Daar zou ik op kunnen inspringen, maar de leerlingen komen vanzelf naar me toe en ik heb al een wachtlijst. Dit zou het moment zijn om gas te geven en snel uit te breiden, maar ik wil eerst goed personeel aantrekken om die extra lessen te geven en dat is nu niet het moment. Goede leerkrachten stappen niet halverwege het schooljaar op, die gaan pas tegen de zomer rondkijken. Dus dat is het moment voor ons om te werven.”

Tien vestigingen

En dan zal die groei ongetwijfeld komen, verwacht Kloppenburg. “Over drie tot vijf jaar heb ik hopelijk tien vestigingen door heel Nederland en loopt de webwinkel met online lessen goed. Maar het rechtstreekse contact met de leerling blijft leidend. Ik verwacht dat e-commerce hooguit 25 procent van de omzet wordt, alleen voor mensen die we niet fysiek kunnen bereiken.”