Werkgever moet verplichte opleidingen betalen

Werkgevers moeten verplichte en noodzakelijke opleidingen betalen voor hun werknemers. Dat staat in de Europese richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden. Denk aan opleidingen op het gebied van veiligheid en kennis.

Verplichte opleidingen

Maar welke opleidingen zijn verplicht?

• Opleidingen die in de cao staan. Zo staat in de cao Beroepsgoederenvervoer dat een Code 95-certificaat verplicht is voor chauffeurs.
• Opleidingen die volgens de wet verplicht zijn. Denk aan een BHV-cursus (bedrijfshulpverlening). Volgens de Arbowet moeten er in een organisatie namelijk BHV'ers aanwezig zijn.
• Opleidingen die nodig zijn voor het uitvoeren van de functie. Zoals een training over het marketingsysteem dat je bedrijf gebruikt.

Wat je moet vergoeden

Je moet je aan Europese regels houden over opleidingen voor je werknemers. Deze regels zijn:

• De werkgever vergoedt alle kosten die de werknemer moet maken voor het volgen van de opleiding of cursus. Dus de opleiding, kosten voor reizen, studiemateriaal zoals boeken en kosten voor het examen.
• De opleidingstijd geldt als werktijd.
• De opleiding moet als dat mogelijk is tijdens de vaste werkuren zijn.
• De werkgever mag kiezen of die de verplichte opleidingen zelf aanbiedt of daarvoor een bedrijf of organisatie inhuurt. 

Uitzondering: beschermde beroepen

Er is een uitzondering op deze regels. Werkgevers zijn namelijk niet verplicht om opleidingen te vergoeden die vallen onder de beroepskwalificatierichtlijn (Richtlijn 2005/36/EG). Dat zijn opleidingen die de werknemer volgens de wet al moet hebben als je die aanneemt.

Vaak gaat het hier om beschermde beroepen met verplichte diploma's. Denk aan verpleegkundigen, beveiligers, artsen en advocaten. Je kunt er natuurlijk wel voor kiezen zo'n opleiding te betalen.